3 Hoeveel kernenergie?
De informatie hieronder maakt deel uit van een reeks van acht pagina's die ook afzonderlijk gelezen kunnen worden. Ze vormen een samenvatting van en aanvulling op de antwoorden die EZK gaf naar aanleiding van een webinar voor burgers over kernenergie. Hoe wij bij onze aanvullingen te werk zijn gegaan vindt u in de algemene inleiding, die u ook de weg wijst naar de overige pagina's.
Hieronder citeren we de vraag of vragen zoals die door burgers werden gesteld.
"In de studie Witteveen + Bos 2022 is onderzocht hoe (niet of) kernenergie een deel uit kan maken van de energiemix in 2050. Daaruit bleek dat dit alleen mogelijk is als flink wordt ingeleverd op wind. Waarom kiezen we hiervoor?"
"Verdringt kernenergie windenergie?"
Diverse vraagstellers lijken zich er zorgen over te maken dat kernenergie andere schone energie gaat verdringen. Onder ‘Vragen over de energiemix’ zegt EZK naar aanleiding van deze vraag, naar onze mening terecht: ‘Kernenergie heeft andere kenmerken dan windenergie, een ander leveringsprofiel en een ander effect op de benodigde flexibiliteitsopties in het systeem.’
Maar is er sprake van ‘verdringing’? De vraag is wat de vraagsteller precies bedoelt. Welke bron op elk moment mag leveren wordt in Europa bepaald door de zogenoemde ‘merit order’, eigenlijk de marktregels voor elektriciteit. De regels zijn gebaseerd op de kosten van fossiele opwek, met name op de ‘marginale kosten’, wat in de praktijk vooral brandstofkosten zijn. Kolen en gas schakelen daarom eerder af dan elektriciteit uit hernieuwbare bronnen.
Kernenergie is in de merit order een beetje een vreemde eend in de bijt, omdat de ‘marginale kosten’ van kernenergie heel laag zijn. En van afschakelen worden ze feitelijk niet of nauwelijks lager. Toch moet kernenergie voorrang geven aan hernieuwbare energie, omdat de marginale kosten daarvan vrijwel nul zijn. Dus is het eerder zo dat windenergie kernenergie verdringt. Echter, van overschotten in een gemengd net hebben zon en wind uiteindelijk meer last dan kerncentrales. De reden hiervan is dat kernenergie op momenten van tekorten hun (spot-)prijzen kunnen verhogen, en eventuele verliezen die voortkomen uit overschot, kunnen compenseren. Terwijl op momenten van overschot aanbieders van zon- en/of windstroom wel ‘verdrongen’ worden door andere aanbieders van zon en/of windstroom, maar de compensatiemogelijkheid op momenten van tekorten niet hebben.
Een heel ander probleem vormen de tekorten aan netwerkcapaciteit. Deze kunnen zich ook voordoen op trajecten waar windenergie én kernenergie doorheen gaan. Dit is op zich vooral een kwestie van planning, maar uitbreidingen van hoogspanningstrajecten is een kwestie van vele, soms tientallen jaren. Hier wreekt zich het feit dat bij de vormgeving van de energietransitie in zowel energieakkoord als klimaatakkoord kernenergie op voorhand werd uitgesloten. De vraag ‘wat is maatschappelijk de meest economische CO2-vrije energiemix, als we niet op voorhand uitgaan van X-hoeveelheden zon en wind?’, is nooit gesteld, en ook nooit beantwoord. Alle studies, ook de genoemde, gingen al uit van X-hoeveelheden zon en wind. Ook op dit punt verwijzen wij naar suboptimale Nederlandse en Europese regelgeving.1
"[Ik] begrijp dat in deze fase 't voornemen is 2 unit te bouwen van 1,5 GW in basislast. Per definitie fluctueren die niet in dagelijks vermogen dat wordt veroorzaakt door zon en wind energie. Op welke wijze wordt in deze fase voorzien dat de fluctuaties van wind en zon worden opgevangen?"
Deze vraag wordt door EZK niet specifiek beantwoord. Wij doen hieronder een poging.
Het is niet helemaal duidelijk wat de vraagsteller met deze vraag bedoelt, en voor zover we kunnen nagaan is deze door EZK niet beantwoord. Het lijkt alsof de vraagsteller meent dat het vermogen van kerncentrales niet kan fluctueren. Nu klinkt ‘fluctueren’ als iets wat je niet wilt, maar het vermogen van kerncentrales is vrijwel volledig regelbaar. De bestaande kerncentrale van Borssele is zelfs technisch ontworpen om de vraag op basis van belasting te kunnen volgen en dus een zogenaamde ‘lastvolgende’ centrale is. Dit gebeurt in de praktijk zelden, omdat de stroom van de bestaande kerncentrale in vrijwel alle gevallen jaren van tevoren al volledig is verkocht.
"Kunnen we qua kosten en ruimtegebruik niet beter één kerncentrale doen dan twee?"
EZK beantwoordt deze vraag kort en goed onder ‘Vragen over de procedure’: twee reactoren op één locatie levert schaalvoordelen op. Daar zouden we nog ‘leervoordelen’ aan toe kunnen voegen, maar ook die kun je beschouwen als schaalvoordelen.
"Zijn twee kerncentrales te weinig?"
"Met kernenergie als een van de meest veilige en efficiënte manieren van energie opwekken, is twee kerncentrales dan niet te weinig? Vraagt de toekomstige vraag aan stroom niet om meer centrales?"
EZK beantwoordt deze vraag onder ‘Vragen over de energiemix’ door te verwijzen naar het Nationaal Plan Energiesysteem, waarvan de eerste versie in 2023 verscheen.
De verwijzing naar het NPE is terecht. Echter, voor een volgende uitgave van het NPE zouden wij de overheid met klem willen aanbevelen het voorzitterschap niet opnieuw onder een verklaard tegenstander van kernenergie te laten vallen. Daarnaast zouden wij willen aanbevelen om ook om deskundige voorstanders van kernenergie in het proces te includeren.
Inhoudelijk verwijzen hier naar ons antwoord op de vraag ‘Verdringt kernenergie windenergie?’
1 https://xwiki.e-li.se/wiki/cp4all/view/Nieuwsbrieven/20240320-From-Renewables-Energy-Directive-RED-to-Clean-Energy-Directive-CED/