IPCC: kernenergie is een low carbon source

(terug naar de introductiepagina)

Het is een bescheiden document, met een bescheiden titel, maar jarenlang was ‘Annex iii -Technology-specific Cost and Performance Parameters’ wellicht het meest genegeerde stukje wetenschap van het Intergovernmental Panel on Climate Change. Vanuit de antikernenergiebeweging is er namelijk jarenlang ‘speciale wetenschap’ bedreven om over de CO2-intensiteit van kernenergie alternatieve waarheden naar voren te kunnen brengen.

Waar was dit allemaal om te doen? Het punt was dat in dit document de resultaten waren samengevat van een groot aantal studies die de zogenaamde ‘levensyclus-uitstoot’ van diversie technologieën in kaart brachten. En dan met name de levensyclus-uitstoot van broeikasgassen. Deze zogenaamde LCA-cijfers (van Life Cycle Assessment) zijn belangrijk, omdat klimaatbeleid uiteindelijk berust op het vermogen van diverse bronnen om elektriciteit op te wekken, zonder dat daarbij te veel CO2 wordt geproduceerd. Nu lijkt het evident dat CO2-vrije bronnen zoals zon en wind geen CO2 uitstoten, maar wat de LCA zegt is dat je óók rekening moet houden met de andere levensfasen van de installaties waarmee je stroom opwekt en distribueert. Spullen moeten gemaakt worden en na bewezen diensten moet ook het afval worden verwerkt. En zo lang mijnbouw en maken van grondstoffen zoals koper en ijzer nog steeds zoals nu zeer CO2-intensief zijn, want afhankelijk van fossiele brandstoffen, komt hierbij voorlopig nog steeds CO2 vrij. Daarom is het belangrijk om te weten hoevéél CO2. Dat kun je weer verrekenen met de kilowatturen die de installatie produceert en dat levert een getal op, meestal uitgedrukt in gram CO2 per kilowattuur.

De speciale wetenschap die door de antikernergiebeweging werd bedreven, heeft jarenlang meegewogen in de gemiddelde cijfers die circuleerden over kernenergie. Die zagen er dus niet zo best uit en dat voorkwam ‘vervelende’ discussies over nut en noodzaak van kernenergie. Het zijn de IPCC-cijfers die hier een einde aan maakten: de IPCC is bij uitstek een weergave van de consensus. Daarbij is van belang dat het IPCC voor iedere technologie drie cijfers geeft: een minimum, een maximum en de mediaan. Minimum en maximum staan voor site-specifieke cijfers, die onderling nogal kunnen verschillen. Bij zulke grote verschillen is het gemiddelde niet een erg geschikte indicator, vandaar dat de opstellers kozen voor de mediaan.

In de tabel A.III.2 uit dit rapport, die hieronder staat afgebeeld, ziet u te midden van veel andere cijfers ook het mediane getal voor kernenergie staan: 12 gram CO2 per kilowattuur, vergelijkbaar dus met wind op zee.

IPCC Annex iii - tabel A-III-2 .jpg

Het volledige rapport kunt u hier raadplegen:
https://www.ipcc.ch/site/assets/uploads/2018/02/ipcc_wg3_ar5_annex-iii.pdf

Negeert het IPCC de ‘speciale wetenschap’ van de antikernenergiebeweging?

De antikernenergiebeweging was uiteraard niet blij met deze uitkomsten. Men was zelfs bang dat hun ‘speciale wetenschappers’, onder andere Savecool en Storm van Leeuwen, genegeerd waren. Maar uit een ander rapport waarin de onderliggende methodologie werd verklaard, bleek dat dit toch niet het geval was. Hoe dit zat, is in december 2019 op Twitter uiteengezet door Lars Roobol, stralingsdeskundige bij het RIVM. Dat draadje hebben we in dit artikel verwerkt.

 

Tags:
 

Child Pages

Page Tree